Steeds eenzamer na het overlijden van haar man

Mevrouw Braun is 88 jaar en woont zelfstandig in een woning van de Merwelanden. In april 2017 is haar man, met wie ze 66 jaar getrouwd was, overleden en ze voelt zich sindsdien steeds eenzamer.

Auteur: Sonja Braun

“We waren net een Siamese tweeling. Waar hij was, was ik ook. Als dat weg valt, is dat vreselijk. Het is niet fijn als je niks meer kwijt kan”, vertelt mevrouw Braun. “Hij werd ziek en ik moest hem verzorgen. Dat was voor mij wel zwaar en moeilijk en zijn dood voelde daarom ook als een soort opluchting. Het werd voor mij een stuk makkelijker toen die zorg weg viel.”

Aanvankelijk was het na het overlijden van haar man nog druk en kwamen er veel mensen op bezoek. Zo merkte mevrouw Braun niet veel van het ‘zwarte gat’ tot de klap echt aan kwam. “Ik had op een gegeven moment toch een tegenslag. Mijn manco? Ik at niet meer. Daardoor werd ik ziek en mijn ingewanden zeiden: zoek het maar uit. Dat schijnt weer door te werken naar je hersenen, waarna ik depressief werd. Dat is voor mij de eenzaamheid en dat vind ik moeilijk. Echt moeilijk.”

Meneer Braun

Mevrouw Braun is desondanks allerminst te typeren als een ‘gebroken’ vrouw. Ze is qua mentale gezondheid nog helemaal van nu, ze heeft humor, heeft het hart op de tong en kan lekker kwekken, zoals ze zelf zegt. Realisme, positiviteit en eigengereidheid typeren haar houding. De diagnose eenzaam zou je in eerste instantie ook niet meteen stellen. En daar schuilt misschien wel het gevaar in.

“We gingen samen in de winter nog elk jaar twee tot drie maanden naar Spanje. Dat valt allemaal weg en dan val je in een enorm gat. Wat je gehad hebt, valt ineens weg. En dat is je eenzaamheid.”

Klaverjassen op woensdagavond en eten met haar buurvrouw zijn haar wekelijkse bezigheden. Het thuiskomen valt altijd zwaar. “Als ik weer binnenkom en er is niemand dan voel ik me eenzaam. Ik vind het niet fijn om alleen te zijn. Als ik eerlijk ben, ga ik er ook graag uit. Ik heb een mooi leven gehad en het is goed geweest.” Over eenzaamheid heeft mevrouw Braun veel te zeggen. Ze is zelf ooit vrijwilligster geweest bij het Rode Kruis en ging op bezoek bij mensen en haalde ze uit huis. “Na de dood van mijn man kwamen er veel mensen over de vloer. Ik kreeg veel visite, maar liever had ik gehad dat ik bij hen op visite mocht komen. Dat ik uit mijn huis werd gehaald, dat zou beter zijn. Je hoort nu veel over eenzaamheid, maar het is een hype denk ik. Er is ook niet echt een oplossing voor. Het zit in je of niet”, concludeert mevrouw Braun.

Mevrouw Braun

Hoewel eenzaamheid een rol speelt in haar leven is het niet alleen maar kommer en kwel. “Als ik een gezellige dag heb gehad, dan kijk ik er wel beter tegenaan. Mijn twee zoons, die ver weg wonen, proberen maandelijks langs te komen en zo nu en dan komen ook mijn kleinkinderen op bezoek. Ik lees ook graag. Gelukkig. En de televisie is een godsgeschenk. Zo blijf ik nog een beetje bij de wereld.”

De lichamelijke gezondheid van mevrouw Braun is niet zo goed. Ze is niet goed ter been en heeft een rollator en dat zorgt voor een extra beperking. “Dat komt er dan nog bij. Het laatste halfjaar ben ik bijna niet meer buiten geweest. Ik kan ook niet meer met de bus, want na de laatste keer kwam ik thuis met open schenen”, grapt ze.

“Ik heb behoefte aan hetgeen ik vroeger zelf deed. Als vrijwilliger bij het Rode Kruis ging ik op bezoek bij ouderen en haalde ze letterlijk uit huis. Daar knapt een mens echt van op.”

“Ik zou eigenlijk iemand zoeken die elke week even langs loopt. Misschien samen even een boodschap doen. Ik heb vroeger datgene bij het Rode Kruis gedaan, waar ik nu behoefte aan heb. Ieder mens heeft behoefte aan wat gezelschap. Mijn buurvrouw is ook weduwe geworden en stelde voor om samen te eten. Dat zijn we gaan doen en dat scheelt een stuk.”

Mevrouw Braun & kleindochter

In gesprek met mevrouw Braun is het duidelijk waar ze van opfleurt. Van contact en gezelschap. Van persoonlijk contact. En om zo nu en dan eens op stap te gaan. Maar wel onder bepaalde voorwaarden, want ze is ook gesteld op haar eigen ruimte en vrijheid. “Ik kon ook nog verkering
krijgen hier hoor, maar dat is niks meer”, voegt ze lachend toe.